Wie ook maar een greintje ruimtelijk inzicht heeft, ziet gelijk dat een V8-motor niet zonder tegenstribbelen in de motorruimte van een oude Volkswagen Kever kruipt. Er is bij de ontwikkeling al die decennia geleden rekening gehouden met een platte viercilinder met 40 pk en niet met een enorme achtcilinder, met ook nog eens twee turbo’s.

Als je dan toch een Audi-V8 achterin wil leggen, dan heb je twee keuzes. Of de motor steekt een halve meter uit, net zoals bij de Abarths van vroeger, of je gaat aan de slag om het chassis grondig te verbouwen. Jean van 3L Engineering ging voor de laatste oplossing; gelukkig heeft het bedrijf V8-conversies voor Kevers op voorraad.

De motor ligt niet meer achterin, maar in het midden

Om de carrosserie ongewijzigd te laten, kwam de motor een heel stuk naar binnen. Met alle veranderingen in gewicht, gewichtsverdeling en vermogen, moesten de monteurs ook de remmen en ophanging grondig herzien. Overigens kan het chassis met de rolkooi prima zonder koets rijden, wat erg handig is voor testwerkzaamheden tijdens de bouw.

De motor is momenteel nog veilig afgesteld en de V8 produceert volgens de bouwer net geen 300 kW, dus ongeveer 400 pk. Klinkt als genoeg voor een Kever. De dikke achterbanden verklappen dat het hier niet gaat om een standaard Kevertje, maar verder zal deze klassieker wat mensen verrassen bij het stoplicht.

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)