Beleefde praatjes maken zou vanaf nu zomaar een stuk lastiger kunnen worden. ‘Neem gewoon een Golf’ was zo’n vijftien jaar lang het standaardantwoord dat je kon geven aan iemand die jou, een Persoon Die Iets van Auto’s Weet, om koopadvies vroeg. Op de automatische piloot kon jij elke Persoon Die Niets van Auto’s Weet vertellen dat een Golf prettig, praktisch, gemakkelijk in de omgang en behoorlijk goed in elkaar gezet was. Signaleerde je dat iemand toch iets meer verstand van zaken had, dan kon je naadloos overgaan op het aanprijzen van een GTI of een Golf R Variant. Een Golf aanbevelen was als witte keukenkastjes kiezen of Michael Bublé als achtergrondmuziek opzetten: volkomen veilig en niet in het minst aanstootgevend. Het was gewoon altijd goed. Maar nu blijkt VW wat rare sprongen te maken met deze nieuwe Golf van de achtste generatie. Het is niet dat ze lui of zelfingenomen te werk gingen; het lijkt er meer op dat ze geen idee hadden wat er moest veranderen ten opzichte van de vorige. En dus prutsten ze aan wat zaken waarmee helemaal niets mis was. De Golf VII was immers een van die zeldzame auto’s, net als de BMW E39 5-serie of de Ferrari 458, die boven aan z’n klasse stond bij z’n introductie en eigenlijk nog steeds de beste was toen hij met pensioen ging. Deze nieuwe Golf VIII neemt meer risico’s. Misschien bevalt dat je wel. Of misschien ga je je er vreselijk over opwinden. Neem bijvoorbeeld het ontwerp. De koplampen zijn naar beneden gegleden, waardoor de motorkap er als een soort unibrow boven hangt en de Golf ietwat ontstemd uit z’n pitjes kijkt. Er is een beetje Amy Winehouse-eyeliner toegepast en de ‘kieuwen’ aan weerszijden van de onderste grille zien eruit als actieve aero, maar dat lijkt maar zo. Hij is nog steeds meteen herkenbaar als Golf – waarom z’n naam zo groot en onzeker midden op z’n kofferklep staat, is ons dan ook onduidelijk – maar hij is pietluttiger en norser dan voorheen.

De concurrentie komt erbij

We zitten dit net te overpeinzen als de nieuwe BMW 1-serie in zicht komt, waarop we de Volkswagen zijn uiterlijk onmiddellijk vergeven. De 1-serie ziet eruit alsof ie een hoop te bewijzen heeft. Hij is de instap-BMW, maar om niet als minderwaardig te worden gezien, overcompenseert ie de boel met een gigantische grille. Dan komt de onlangs vernieuwde Seat Leon er nog bij, in de kleur Waardevastheidsgrijs. Hij ziet er het knapst uit van de drie, met nauwkeurig getekende lijnen en vouwen en een slanke, brede led-strip om het welgevormde achterste. Op een slimme manier straalt ie meer nieuwigheid en moderniteit uit dan de Golf, zelfs al zijn ze onderhuids nagenoeg gelijk.

‘De 1-serie is de instap-BMW en ziet eruit alsof ie een hoop te bewijzen heeft’

De derde-generatie BMW 1-serie is het bewijs dat de Golf de grote influencer is onder de c-segment-hatchbacks. Nadat hij twee generaties lang koppig zijn eigen weg ging met in de lengterichting geplaatste motoren, achterwielaandrijving en minder ruimte dan een Amsterdams ‘appartement’, realiseerde BMW zich dat het de meeste kopers helemaal niets kan schelen naar welke wielen de pk’s vloeien. En toen vonden ze die 50/50-gewichtsverdeling ineens ook niet meer zo belangrijk. Dwarsgeplaatste motoren, voorwielaandrijving en een opgeblazen silhouet zijn het resultaat. Grappig genoeg is de nieuwe 1-serie nog steeds niet echt ruim achterin, maar hij kan op dat vlak in ieder geval aardig meekomen en heeft een grote kofferbak. Hij is nu een geloofwaardige familieauto in plaats van een eigenzinnig krap geval.

BMW 1-serie vs Seat Leon vs VW Golf: de interieurs

Gelukkig hield BMW wel voet bij stuk toen het aankwam op het dashboard en de zitpositie. De 1-serie-bestuurder zit laag en voelt zich ingekapseld, met voor zijn neus een cockpit die regelrecht uit de 3-serie werd overgezet. Het iDrive-systeem heeft nu een touchscreen, al werden de shortcut-knoppen en de bekende draaiknop op de middenconsole behouden – een ideaal compromis. Wil je een postcode intikken voordat je vertrekt, dan doe je dat op het display. Wil je scrollen door muzieklijstjes of inzoomen op de kaart, dan is er een tactiel bedieningselement binnen handbereik. Via een dunne strip echte knoppen kun je de klimaatcontrole instellen. Iets priegeliger dan de knoppen uit de oude 1-serie, maar we zijn er gelukkig mee – we leggen zo uit waarom.
Er zijn ook wat problemen. Zo is BMW’s digitale tellerscherm drukker dan een Hollands strand tijdens een lockdown: de halve, hoekige snelheidsmeter en toerenteller zijn een rotzooitje. Maar over het algemeen is dit een samenhangende, modern aanvoelende plek om te vertoeven. BMW erkent dat je wel iets beters te doen hebt en bombardeert je niet met overdadige tech. Vergelijk de foto van het 1-serie-interieur nu eens met die van Golf en Leon. Bij die auto’s zijn alle knoppen verdwenen en vervangen door strakke, simpele oppervlakken. De verwarming bedien je bijvoorbeeld door met je vinger over een onverlichte, aanraakgevoelige strip te vegen. Overdag werkt dit niet intuïtief, ’s nachts kun je niet zien wat je aan het doen bent. Deze strips zitten bovendien verwerkt in een soort uitstulping waarop je je schrap zet met je duim als je het 10-inch infotainmentscherm aan het bedienen bent. Dus wat gebeurt er? Je wilt een playlist selecteren en plots staat je airco op standje arctische storm.
Licht onderkoeld probeer je de stoelverwarming in te schakelen. Dat was altijd doodsimpel: een druk op een echte, voelbare knop. Nu zul je minimaal twee keer aandachtig op het scherm moeten tikken. Na verschillende mislukte pogingen, een paar gemiste afslagen in de menu’s en de onvrijwillige creatie van negen nieuwe scheldwoorden heb je de navigatie, radio en ambiance van de Golf of Leon eindelijk precies goed ingesteld. Dan kom je erachter dat je ooit zo klinisch perfecte interieur onder de uitgesmeerde vingerafdrukken zit. Mensen zijn goed in staat om veranderingen te incasseren, zoals het verdwijnen van de koptelefoonaansluiting in onze telefoons of de combinatie van de woorden ‘president’ en ‘Trump’, maar dat betekent niet dat alle vernieuwing ook automatisch een verbetering is. Het draait hier niet om technologische voorkeur – dit is niet een potje iPhone vs Android. Dit is een kwestie van veiligheid. In de nieuwe VW Golf en Seat Leon moet je je blik vaker van de weg halen dan in hun voorgangers, omdat de simpelste taken in de cabine nu lastiger uit te voeren zijn.
Tuurlijk, er is stembediening, maar probeer dat eens met de hele familie aan boord – eens zien hoe cool je het dan nog vindt. Als we in de meer traditioneel ingestelde 1-serie stappen, wordt meteen duidelijk hoeveel makkelijker BMW het je maakt om eenvoudige commando’s te geven. Het lijkt erop dat de Golf niet langer de grote influencer is. Tesla heeft die rol overgenomen. En nu krijgen we een hele generatie auto’s met interieurs die zijn ontworpen voor machines die zichzelf kunnen besturen, nog voordat ze dat daadwerkelijk kunnen.

‘Probeer de stembediening eens met je familie aan boord – eens zien hoe cool je het dan nog vindt’

Aangezien autorijden voorlopig de verantwoordelijkheid zal blijven van ons, doorontwikkelde zakken vlees en water, ben je met de 118i het best bediend. Nee, hij is niet langer een puristische achterwielaandrijver, maar hij windt er nog steeds geen doekjes om dat hij zich richt op de sportievere bestuurder. Hij stuurt gretig in met een simpele polsbeweging, de besturing heeft een mooi gewicht maar vertoont niet het kleverige karakter van zijn voorganger. Hij heeft veel grip, reageert alert en is vermakelijk agressief – eigenlijk is ie zelfs leuker dan de nieuwe M135i, zo zonder de extra kilo’s van de vierwielaandrijving. Op z’n stijvere M Sport-ophanging (en optionele 19-inch wielen) is ie het hardst geveerd van de drie, maar het komt niet in de buurt van de tijd dat BMW’s aanvoelden alsof er cement in de dempers zat, mede dankzij hun run-flat-banden.

De BMW 1-serie is nog altijd de liefhebberskeuze

Het slimme aan de 1-serie is dat ie nog steeds overkomt als de liefhebberskeuze, terwijl ie toch ook volwassen is geworden. Het is in z’n interieur zeker zo stil als in de Golf; beide weten wind- en bandengeruis beter buiten te houden dan de Leon. Deze 118i wordt aangedreven door de uitstekende 1,5-liter turbo-driecilinder die we kennen van Mini. Hij roffelt hier niet zo karakteristiek als in de Cooper, maar er is in dit gezelschap geen motor die responsiever is of vrijer zijn toeren draait. En hij vindt een fantastisch speelmaatje in BMW’s dubbelkoppelautomaat. Flippers zijn er niet, maar de bak is zo goed op de auto afgestemd dat je ze niet zult missen. De Leon is de enige met een handbak, en het is meteen een fijn exemplaar. Sowieso is dit een prima rijdend geheel. De 1.5 viercilinder met turbo doet het zonder mild-hybrideassistentie, maar hij was in onze test bijna even zuinig als de Golf. Beide verpletterden de gedownsizede BMW, die niet beter wist te scoren dan 7,3 l/100 km. Zowel de Seat als de VW is geschikt voor iemand die z’n dieseldieet wil opgeven: je komt zo 700 kilometer ver op een tank.

Mixen en matchen

Omdat de Seat Leon een bloedverwant is van de VW Golf, kun je de geteste varianten gerust mixen en matchen. De 48-volt mild-hybride 1.5 eTSI, die voor een extra elektroduwtje zorgt en de motor uitschakelt in vrijloop, is ook in de Seat te krijgen. Net als in de VW komt ie standaard met een zeventraps DSG. Als je van een van deze twee liever het plug-in hybridesmaakje hebt, kun je wachten op de Leon Cupra eHybrid of de nieuwe Golf GTE. Beide komen binnenkort, brengen 245 elektro-benzine-pk’s mee en kunnen 60 kilometer op stroom rijden. BMW’s e-strategie is wat minder strak – er is geen hybrideversie van de 1-serie, maar de X1 en de 2-serie Gran Tourer (blegh) zijn wel met een stekker te krijgen. In een rechte lijn presteert de Leon minder indrukwekkend dan de mild-hybride Golf – hij moet het dan ook met 50 Nm en 20 pk minder doen – maar hij is wel iets evenwichtiger en een fractie wendbaarder. Zoals altijd zijn de verschillen tussen Volkswagens gerelateerde modellen subtiel doch merkbaar. De vrolijke ‘Hola!’-begroeting die op straat wordt geprojecteerd als je de deur opent, heb je niet nodig om te weten dat de Seat de vlotter rijdende machine is.

‘Welke auto moet ik kopen?’

De Leon FR is in deze testuitvoering duizenden euro’s goedkoper dan de Golf, maar het verschil tussen de twee is tegenwoordig geen duizenden euro’s waard. Ja, de afwerking van de Seat is net wat minder chic en er dringt iets meer herrie door tot het interieur. Maar aangezien de Spanjaard daar een toffer uiterlijk, een fijner weggedrag, een ruimere achterbank en identieke technologie, bagageruimte en onderhoudskosten tegenoverzet, kun je je afvragen of VW zichzelf niet in de voet heeft geschoten door alle ervaring die ze met de Golf I tot en met VII opdeden te delen met hun pleegkinderen.

‘Je hebt de vrolijke “Hola!”-begroeting op het asfalt niet nodig om te weten dat de Seat de vlotter rijdende machine is’

Er is niets mis met hoe de Golf rijdt. Net als z’n voorganger is ie trefzeker en vrij van drama, zij het een beetje ongeïnspireerd. Hij ligt prachtig op de snelweg en gedraagt zich kalm, beleefd en comfortabel. Hij is zelfs zodanig ‘precies goed’ dat VW je niet eens op meerdere rij-modi trakteert. Alles laat zich consistent en met souplesse bedienen, tot en met de tevredenstemmende plof als je de deur dicht laat vallen. De Golf is één brok kwaliteit en straalt uit dat hij tot in de puntjes is doorontwikkeld. Maar als je voor veel minder geld een mooier, leuker sturend alternatief met dezelfde fundamentele techniek kunt kopen – of juist voor iets meer centen in een minder doorsnee machine met betere rijeigenschappen en een logischer interieur kunt stappen – dan is de Golf plots niet meer de standaardkeuze te noemen. ‘Welke auto moet ik kopen?’ ‘Eh, tja, het is jammer dat de nieuwe BMW 1-serie zo lelijk is, maar eigenlijk…’ Nee, die gesprekken zullen nooit meer hetzelfde zijn. Met dank aan Park Way Shopping, Newbury, VK.

BMW 1-serie vs Seat Leon vs VW Golf: de winnaar

01. BMW 1-serie (118i M Sport) (16/20) Ziet eruit als een boze trol. Rijdt wel subliem – je zult de RWD niet missen. Pas op voor dure opties 02. Seat Leon 1.5 TSI FR (14/20) Niet zo verfijnd als de Golf, maar doet de basis goed, rijdt uitstekend en bespaart je een hoop geld 03. VW Golf 1.5 eTSI Style (14/20) Nog altijd zeer goed gebouwd. Het interieur is meer stijl dan verstand – dat kunnen we niet uitstaan

Specificaties BMW 118i M Sport (2020)


Motor: 1.5 turbo driecilinder
Vermogen: 140 pk
Acceleratie: 0-100 in 8,5 s
Koppel: 220 Nm
Verbruik (opgave/test), uitstoot: 6,6/7,3 l/100 km, 140 g/km
Topsnelheid: 213 km/u
Gewicht: 1.295 kg
Aandrijving: voorwielen, 7v automaat
Bagageruimte: 380 l, 1.200 l (bank omlaag)

Specificaties Seat Leon 1.5 TSI FR (2020)


Motor: 1.5 turbo viercilinder
Vermogen: 130 pk
Acceleratie: 0-100 in 9,4 s
Koppel: 200 Nm
Verbruik (opgave/test), uitstoot:  5,8/6,3 l/100 km, 132 g/km
Topsnelheid: 221 km/u
Gewicht: 1.216 kg
Aandrijving: voorwielen, 6v handbak
Bagageruimte: 380 l, 1.301 l (bank omlaag)

Specificaties VW Golf 1.5 eTSI Style (2020)


Motor: 1.5 turbo viercilinder mild-hybride
Vermogen: 150 pk
Acceleratie: 0-100 in 8,5 s
Koppel: 250 Nm
Verbruik (opgave/test), uitstoot: 5,9/5,9 l/100 km, 133 g/km
Topsnelheid: 224 km/u
Gewicht: 1.266 kg
Aandrijving: voorwielen, 7v automaat
Bagageruimte:  381 l, 1.237 l (bank omlaag)

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)